Background image

terug

een artikel van Colja Laane

(fragment 1)
Ons dagelijks menu omvat al sinds mensenheugenis een veelheid aan biotechnologische producten. Neem
alleen maar kaas, brood, bier, wijn en yoghurt. Door de eeuwen heen is gespeeld ' met Moeder Natuur om de
kwaliteit van deze producten te verbeteren en het productenpakket te verbreden. Daarbij is, vaak zonder het
te beseffen, gebruik gemaakt van genetische modificaties: landbouwgewassen werden genetisch gekruist en
de micro-organismen die bij de bereiding van bovengenoemde producten worden gebruikt, werden verbeterd
door ongericht de genetische code met behulp van onder meer UV-straling en chemicaliën te veranderen.
Nog steeds worden deze technieken met succes toegepast. Ze hebben geleid tot een gevarieerd aanbod van
veilig, betaalbaar en smaakvol voedsel.

(fragment 2)
Hét verschil tussen de moderne en de klassieke biotechnologie is, dat sinds de jaren '80 zeer gericht
genetische modificaties kunnen worden aangebracht. Zo kunnen soorteigen genen (eigenschappen) worden
uitgeschakeld of juist worden aangespoord tot een hogere productie, maar kunnen ook soortvreemde genen
worden ingebracht. In de medische wereld heeft dit geleid tot veel verbeterde en nieuwe medicijnen.
Thans worden tientallen medicijnen tegen allerlei ziekten door micro-organismen geproduceerd. In het
begin, dat wil zeggen rond eind jaren '80 en begin jaren '90, leidde deze moderne biotechnologische
werkwijze tot heftige discussies. De voordelen bleken evident, de angst ongegrond en de discussie verdween
even snel als die was opgekomen.
Technisch is het nu ook mogelijk om planten en dieren gericht genetisch te modificeren. Omdat deze
organismen dichter bij de mens staan, bieden planten en dieren ondermeer de mogelijkheid om medicijnen te
'humaniseren ', zodat ze minder of geen bijverschijnselen geven.

(fragment 3)
Dagelijks worden biologische grenzen doorbroken. Een proces dat luistert naar de naam 'Evolutie'.
Moeder Natuur speelt al vanaf haar ontstaan dit 'gevaarlijke' spelletje. Afhankelijk van de omstandigheden
wint het sterke genenpakket het van het zwakkere. Het moedwillig toevoegen van één sneeuwklokjesgen aan
de tienduizenden genen van de aardappel is in dit licht kinderspel. Het is wel een gerichte en controleerbare
ingreep die ertoe leidt dat de aardappel resistent wordt tegen bladluis, waardoor minder aardappelen
verloren gaan. De angst van Touber dat dit het einde betekent van de lieveheersbeestjes, getuigt van weinig
biologisch inzicht. Bladluizen zijn niet alleen aflumkelijk van aardappelen en lieveheersbeestjes hebben meer
gerechten op hun menu staan.

(fragment 4)
De agressie waarmee Monsanto haar genproducten op de markt brengt, is zonder meer te betreuren en
komt waarschijnlijk voort uit haar monopoliepositie. Dit zal ongetwijfeld veranderen als er meer spelers op
de markt verschijnen en het nut ook voor de consument evident wordt. En dat producenten geld willen en
kunnen verdienen is een normale en gewenste zaak. De investeringen moeten nu eenmaal worden
terugverdiend.

Fragmenten uit een artikel van Colja Laane, voorzitter van de Nederlandse
Biotechnologische Vereniging, de Volkskrant, 16 april 1999