Background image

terug

het taboe op klikken moet blijven bestaan & In het spervuur van teksten en tekens

Het taboe op klikken moet blijven bestaan

1     Steeds meer instanties gaan over tot het
 openstellen van een klik- of klaaglijn. Het
 publiek kan telefonisch een klacht doorgeven
 over vermeende misstanden of ook
5 bijvoorbeeld over de onplezierige wijze waarop
 men door een bepaalde overheidsdienst is
 behandeld. Een kliklijn staat niet alleen ten
 dienste van burgers die zelf direct hinder van
 iets ondervinden, maar biedt ook anderen die
10 geen persoonlijk nadeel ondervinden, de
 gelegenheid een klacht in te dienen. Deze
 ontwikkeling roept op zijn minst vragen op.
 Klagen staat misschien vrij, maar dat geldt toch
 zeker niet voor klikken. De meeste ouders
15 leren hun kinderen dat klikken niet hoort.
 Waarom hoort dat eigenlijk niet?
2     De morele basis van dit vanzelfsprekende
 onderdeel van de opvoeding is nog niet zo
 gemakkelijk bloot te leggen. Stilzwijgend gaat
20 men in een gezonde samenleving ervanuit dat
 tussen de verschillende leden van een
 gemeenschap een atmosfeer van vertrouwen
 dient te bestaan en een zekere mate van open,
 eerlijke en waarachtige communicatie dient
25 plaats te vinden. Jaren geleden is dit al eens
 treffend verwoord en bezongen door de
 actrice Adèle Bloemendaal: “Als je mekaar niet
 meer vertrouwen kan, waar blijf je dan, waar
 blijf je dan?”
330     In een maatschappij ontstaat saamhorigheid
 als de leden erop mogen vertrouwen dat ze niet
 bedrogen worden en niet voortdurend hoeven
 te vrezen dat ze door een ander een oor krijgen
 aangenaaid.Volgens de socioloog Niklas
35 Luhmann maakt ‘het mechanisme van
 vertrouwen’ de ingewikkeldheid van het sociale
 leven hanteerbaar. Dat vertrouwen betekent
 niet dat de ene mens geen kritiek op de ander
 zou mogen hebben. Maar het gaat erom dat die
40 kritiek rechtstreeks en niet achter iemands rug
 om wordt geuit. In veel gevallen heeft kritiek
 hoe dan ook pas effect wanneer er sprake is
 van een zekere mate van welwillendheid van de
 ene burger ten opzichte van de andere.Als een
45 dergelijke band tussen de criticus en de
 bekritiseerde ontbreekt, zal die laatste slechts
 zijn schouders ophalen en zich weinig van het
 commentaar aantrekken. Omdat ouders
 meestal kiezen voor vertrouwen en voor een
50 vredelievende samenleving, luidt hun
 boodschap aan de kinderen: je mag niet klikken.
4     Wie echter de laatste tijd de kranten heeft
 gelezen, zal op de hoogte zijn van het oprukken
 van klik- en klaaglijnen, waarbij het melden van
55 irritaties juist wordt gepropageerd of zelfs als
 een nieuwe burgerdeugd wordt gepresenteerd.
 In willekeurige volgorde geven we hier een
 aantal voorbeelden van nieuwigheden op dat
 terrein die recent de publiciteit haalden. Enkele
60 daarvan zijn nog in een voorbereidend stadium,
 andere zijn nog onderwerp van discussie: de
 kliklijn voor afpersingen door de Amsterdamse
 politie, het voorstel voor het instellen van een
 kliklijn voor gevallen van illegale onderhuur, de
65 klaaglijn voor werkoverschrijding in het
 vrachtverkeer, de klaaglijn voor fraude met
 uitkeringen en de kliklijn voor gesjoemel door
 vuilnismannen. Is de weerzin tegen klikken aan
 het verdwijnen in onze maatschappij en, zo ja,
70 welke verklaring kan daarvoor dan gegeven
 worden?
5      De indruk dat het om een geheel nieuw
 fenomeen zou gaan, is onjuist. De politie maakt
 al sinds jaar en dag gebruik van al dan niet
75 anonieme tips en bij zware delicten wordt de
 medewerking van het publiek zelfs
 uitdrukkelijk gevraagd. Al heel lang is er
 bovendien een willig oor voor boze buren die
 de sociale dienst of de woningcorporatie bellen
80 met de melding dat er naast hen iets gebeurt
 wat niet door de beugel kan. Het gaat hier om
 door de overheid heimelijk toegestane
 aangiften waarmee zij achter de schermen haar
 voordeel doet. Klikken moet echter een
85 ondeugd blijven en juist de overheidsinstanties
 zouden uiterst terughoudend moeten zijn in het
 aanmoedigen ervan. De algemene regel zou
 moeten zijn, dat geformaliseerde
 klikvoorzieningen nimmer toegestaan zijn!
6 90     Alvorens in te gaan op de argumenten die dit
 standpunt kunnen ondersteunen, is het
 belangrijk het volgende onderscheid te maken.
 Klikken en klagen zijn allebei manieren om
 gebeurtenissen of handelingen die de
95 betrokkene als slecht of onrechtvaardig
 beschouwt, te bestrijden. Maar er zijn
 belangrijke verschillen. De klager richt zich
 direct tot de veroorzaker van de gebeurtenis of
 tegen een handeling waarvan hij zelf last
100 ondervindt. Klachtenregelingen benadrukken
 terecht dat degene tegen wie de klacht is
 ingebracht, daarvan op de hoogte moet zijn en
 zijn eigen visie ertegenover moet kunnen
 stellen: het aloude beginsel van hoor en
105 wederhoor. Klikken, daarentegen, gaat achter
 de rug van de ‘dader’ om en heeft betrekking
 op een handeling of praktijk die de klikker niet
 in eerste instantie zelf treft. Degene over wie op

 die manier geklaagd wordt, heeft geen kans het
110  over hem afgeroepen beeld tegen te spreken of
 te corrigeren.
7      Klaaglijnen, waar mensen hun eigen
 problemen naar voren brengen of die bedoeld
 zijn om een algemene misstand in beeld te
115  brengen, hebben dus een ander karakter dan
 klikfaciliteiten. Alleen in gevallen waarin de
 relatie tussen klager en aangeklaagde ernstig
 verstoord is, of wanneer sprake is van dreigend
 geweld, is het verantwoord de klacht buiten de
120  tegenpartij om aan te kaarten.
8      Wie het aangeven van anderen uitlokt,
 begeeft zich stap voor stap in de richting van
 een verklikkersmaatschappij. Een situatie
 waarin burgers elkaars spionnen zijn, is dan
125  gevaarlijk nabij. Ervaringen in Oost-Europa en
 elders hebben duidelijk gemaakt hoe zo’n
 proces geleidelijk de verhoudingen tussen
 mensen aantast. Het gevaar voor het ontstaan
 van een dergelijke maatschappij wordt alleen
130  maar groter als het bestrijden van massaal klein
 kwaad - dat meestal moeilijk te bewijzen valt -
 de inzet is. En daar gaat het vaak om bij de
 kliklijn: relatief geringe fraudes, zoals het
 bouwen van een schuurtje zonder
135  gemeentelijke vergunning en zwart bijklussen.
9      Waar bij grove geweldsdelicten aangifte mag
 of soms zelfs moet, ligt dat anders bij het
 oprekken van de regels van de verzorgingsstaat,
 al was het maar omdat bijna iedereen actief of
140  passief deelneemt aan het zwarte en grijze
 circuit. Het argument dat met kliklijnen een
 effectieve sociale controle kan worden bereikt,
 is onzindelijk. In een democratie is ook sociale
 controle aan kwaliteitseisen gebonden: die moet
145  direct zijn en niet heimelijk.
10      Er zijn nog wel andere argumenten tegen
 formele klikkanalen. In een spraakmakend
 vonnis over de door een buurman bespiede
 bijstandsmoeder keurde de Hoge Raad het
150  klikken af. Ook al werkte deze buurman bij de
 Sociale Dienst, zijn inmenging in het gedrag van
 de buurvrouw ging volgens de rechter te ver.
 Klikken staat op gespannen voet met de Wet
 Persoonsregistraties, ook wel de Privacywet
155  genoemd. Het werkelijke motief voor klikken
 blijkt vaak een al langer bestaande onenigheid
 tussen klikker en verklikte; door iemand aan te
 geven, kun je eens even lekker je gram halen.
11      Het is de vraag of de Wet
160  Persoonsregistraties instanties toestaat
 gegevens te registreren waarvan de
 betrouwbaarheid allerminst zeker is en de
 manier van verkrijging dubieus. Nu worden
 vaak zonder enige reserve alle kliksignalen
165  opgetekend, ook al bestaat het vermoeden dat
 het om onvolledige, onzuivere en eenzijdige
 gegevens gaat. Er zouden goede waarborgen
 moeten zijn om onjuistheden tegen te gaan en
 de gegevens zouden zorgvuldig getoetst moeten
170  worden. Met een kliklijn wordt immers een
 zwarte lijst aangelegd, die bepaalde mensen ten
 onrechte in hun reputatie en in hun belangen
 aantast.
12      Bij klaaglijnen moet duidelijk zijn wat de
175  inzet is: gaat het om het oplossen van
 individuele problemen of om het verzamelen
 van gegevens die een beter inzicht moeten
 geven in de aard en omvang van een algemeen
 maatschappelijk probleem? Om dat laatste te
180  bereiken is het openstellen van een klik- of
 klaaglijn beslist niet de meest geëigende
 onderzoeksmethode. De noodzaak van een
 klaaglijn wordt dikwijls onvoldoende
 onderbouwd, en dat is ernstig, gelet op het
185  gegeven dat klagen vaak ongemerkt overgaat in
 klikken.
13      Natuurlijk is het begrijpelijk dat in een
 heterogene, mobiele en anonieme maatschappij
 klikvoorzieningen gedijen.Tegenwicht en
190  kritische toetsing zijn echter geboden. Er zijn
 tal van historische voorbeelden die illustreren
 hoe besmettelijk klikken is. Klikken met
 overheidssteun maakt wantrouwen en verraad
 respectabel. Alleen als uiterste middel, bij
195  ernstige problemen en wanneer andere
 methoden hebben gefaald, kan het instellen van
 kliklijnen gerechtvaardigd zijn. Maar ook dan is
 het oppassen geblazen en moeten voldoende
 waarborgen worden geschapen tegen misbruik
200  van de verzamelde gegevens. Niet alleen voor
 kinderen, maar ook voor volwassenen geldt dat
 klikken niet mag. Het is geen burgerdeugd,
 maar een ondeugd. Het taboe op klikken moet
 blijven bestaan.

naar: Pieter Ippel en Bart Crouwers
uit: de Volkskrant, 6 december 1994