Geef voor elk van de onderstaande beweringen aan of deze wel of niet
overeenkomt met de inhoud van de alinea’s 2 en 3.
1 Als je bij de film werkt in de afdeling visuele effecten wordt je aangeraden
niet vrijuit met buitenstaanders over je werkzaamheden te spreken.
2 Mensen die voor de visuele effecten in een film zorgen, vinden een perfect
resultaat van hun werk belangrijker dan acteerprestaties.
3 Om kosten te besparen worden in films steeds vaker en meer visuele
effecten gebruikt.
4 Uiteindelijk bepalen de acteurs welke visuele effecten er voor hun filmrol
ingezet worden.
Noteer het nummer van elke bewering, gevolgd door “wel” of “niet”.