uit een krant:
Laagconjunctuur ligt op de loer
De Europese Unie (EU) dreigt in een laagconjunctuur terecht te komen. De
kredietverlening in de EU staat op een zeer laag pitje en de werkloosheid wordt
snel groter. De Europese Centrale Bank (ECB) laat weten dat daardoor de kans
op deflatie in de EU toeneemt.
Sommige politici vragen hun regering begrotingsmaatregelen te nemen om die
ontwikkeling tegen te gaan. Economen waarschuwen daar voorzichtig mee om
te gaan. Zij wijzen op het feit dat het te verwachten rentebeleid van de ECB zal
leiden tot een daling van de koers van de euro zodat de gevraagde
begrotingsmaatregelen volgens hen overbodig zijn.
Hieronder staan enkele economische verschijnselen.
1. De kredietverlening neemt af.
2. De productie neemt af.
3. De productiecapaciteit raakt onderbezet.
4. De bestedingen nemen af.
5. Er ontstaat deflatie.
Zet deze verschijnselen in de volgorde die het ontstaan van deflatie het best
beschrijft. Begin met verschijnsel 1 en eindig met verschijnsel 5.