Background image

terug

Vraag 2

Het consumptiegedrag heeft invloed op het milieu. Financiële prikkels - subsidies en belastingen - kunnen het consumptiegedrag en dus het milieu beïnvloeden.
In 2007 bedraagt in een land het gasverbruik van gezinshuishoudens in totaal 20,4 miljard m³. Het waterverbruik van deze gezinshuishoudens bedraagt in 2007 in totaal 1,2 miljard m³. Een econoom heeft het verband tussen de prijs van gas en water en de vraag naar gas en water in dit land onderzocht. De prijselasticiteit van de vraag naar gas blijkt -0,4 te zijn en die van de vraag naar water -0,07.
Politieke partij A doet het voorstel subsidie te geven op apparaten die zuinig zijn met gas en water zodat gezinshuishoudens overstappen op die zuinige apparaten. Politieke partij B stelt dat het verbruik van gas en water door zo’n subsidie niet hoeft af te nemen, ook niet als gezinshuishoudens massaal overstappen op zuinige apparaten. Partij B wil daarom een milieubelasting invoeren waardoor in 2008 de prijs van gas 25% en de prijs van water 50% hoger zal zijn dan in 2007.

Gegeven zijn de onderstaande uitspraken over dit land.
1. De vraag naar water is prijselastischer dan de vraag naar gas.
2. Als de prijs van water stijgt, gaan de gezinshuishoudens minder water verbruiken.
3. Als de prijs van water stijgt, gaan de gezinshuishoudens een groter bedrag aan water uitgeven.

Geef voor elke uitspraak aan of deze juist of onjuist is.