Wilbert Schreurs betwijfelt of stereotiepe beelden van mannen en vrouwen in reclame invloed hebben op kinderen (regels 26-45).
Leg uit dat hij zijn standpunt zou kunnen onderbouwen met het begrip selectieve perceptie.
Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.
Bijlage: Ongezond eetgedrag door tv