terug
Vraag 35
Hieronder staan vier uitspraken.
Noteer de nummers van de twee uitspraken die in overeenstemming zijn met alinea 5.
- Oehmichen beweert dat de jeugd de radio over het algemeen als een geschikte
informatiebron beschouwt.
- Oehmichen pleit voor een presentatie die qua taalgebruik goed past bij de jeugd.
- Oehmichen pleit voor meer nieuwsuitzendingen speciaal voor jongeren.
- Oehmichen vindt dat de makers van jongerenprogramma’s zich niet uitsluitend moeten
richten naar de wensen van de doelgroep.