In economische publicaties wordt veel gebruikgemaakt van tabellen en grafieken.
In de bijlages staan vier statistieken uit een publicatie van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Lidstaten van de OESO zijn voornamelijk de welvarende industrielanden, waaronder de Verenigde Staten, Japan en de lidstaten van de Economische en Monetaire Unie in Europa (EMU).
Uit de grafiek in bijlage "Reëel Bruto Binnenlands Product (BBP)" blijkt dat het aandeel van de Verenigde Staten in het reële BBP van de OESO-landen in 2000 ten opzichte van 1999 is toegenomen.
Uit bijlage "Prijspeil" kan worden afgelezen, dat er in Japan in het jaar 2000 ten opzichte van 1999 sprake was van deflatie. Martijn beweert dat de deflatie in Japan ook kan worden afgeleid door gegevens uit bijlage "Reëel Bruto Binnenlands Product (BBP)" en "Nominaal Bruto Binnenlands Product (miljarden dollars)" te combineren. Jeroen beweert dat de deflatie in Japan niet met behulp van de combinatie van gegevens uit bijlage "Reëel Bruto Binnenlands Product (BBP)" en "Nominaal Bruto Binnenlands Product (miljarden dollars)" kan worden afgeleid.
Wie heeft gelijk, Martijn of Jeroen? Verklaar het antwoord.
Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.
Bijlage: Reëel Bruto Binnenlands Product (BBP)