Background image

terug

Vraag 14



Figuur 5 is een tekening van een kraanknop. In figuur 6 zie je dat zo'n kraanknop bestaat uit een afgeknotte kegel waar op regelmatige wijze drie gelijke stukken afgehaald zijn. De drie krommen die ontstaan zijn door het 'afsnijden' van de stukken van de kegel, liggen in vlakken die evenwijdig zijn met de as k van de kegel. De afstand van deze vlakken tot k is d (zie figuur 6). De onderkant van de kraanknop bevindt zich op hoogte 4 boven de top. De hoogte van het bovenvlak van de knop is 10. De tophoek van de kegel heet α. Gegeven is dat tan 1/2 α = 0,5 en d = 3.

Teken zo nauwkeurig mogelijk het bovenaanzicht van de kraanknop. Licht je werkwijze toe.