In deze opgave bekijken we een model-ei. Dit model-ei is 6 cm lang en 4 cm breed. Het model-ei bevat eiwit en eigeel. Het eigeel is bolvormig en heeft een straal van 1½ cm. Zie de figuur.
In deze opgave laten we de eierschaal buiten beschouwing.
Voor de inhoud I (in cm3) van het model-ei geldt de formule
I = 1 / 6 × π × b2 × l
Hierin is l de lengte in cm en b de breedte in cm3 van het model-ei. Zie de figuur.
De inhouden van eiwit en eigeel in het model-ei verhouden zich exact als 23:9.
Toon dit aan.