Twee van de beschreven broedvogels, de kleine karekiet en de heggenmus, worden
geparasiteerd door de koekoek (zie onderaan). Het koekoeksvrouwtje legt haar ei in
een nest van de genoemde vogels, waarbij het koekoeksjong door de pleegouders wordt verzorgd.
Andere jongen zijn er niet want het koekoeksjong verwijdert alle andere eieren
of jongen uit het nest. Opvallend is dat de nakomeling later weer een nest van dezelfde
pleegoudersoort opzoekt.
In veel schoolboeken wordt de opengesperde bek van het koekoeksjong die aan de
binnenkant rood is gekleurd, beschreven als een voorbeeld van een supranormale prikkel
voor de pleegouder.
Leg uit dat alleen veldwaarnemingen niet voldoende zijn om de conclusie te
rechtvaardigen dat de open rode bek van het koekoeksjong een supranormale prikkel voor de ouders is.