Background image

terug

Vraag 6

De afbeelding hieronder geeft een sloot weer waarvan het wateroppervlak op een bepaald moment volledig is bedekt met kroosplantjes.
In de sloot leven verder diverse soorten ondergedoken waterplanten, zoals waterpest.



Wanneer het wateroppervlak volledig dichtgroeit met kroosplantjes, veranderen de omstandigheden in het water van de sloot ingrijpend.
Over deze verandering worden de volgende beweringen gedaan.

  1. Het zuurstofgehalte in het water van de sloot neemt door de fotosynthese van de kroosplantjes steeds verder toe. Het aantal ondergedoken waterplanten neemt daardoor ook toe.
  2. De hoeveelheid licht die in het water van de sloot doordringt, neemt door de laag kroosplantjes af. Hierdoor neemt de fotosynthese door de ondergedoken waterplanten af.
  3. Het nitraatgehalte in het water van de sloot neemt toe doordat de kroosplantjes nitraat afgeven. De ondergedoken waterplanten gaan daardoor extra hard groeien.

Welke van deze beweringen is of welke zijn juist?