Met behulp van watercultures wordt onderzocht welke betekenis de elementen ijzer, magnesium, stikstof en kalium voor de ontwikkeling van maïsplanten hebben.
Een onderzoeker vulde zes glazen potten volgens het volgende schema.
pot 1: volledige voedingsoplossing
pot 2: voedingsoplossing waarin alleen het element ijzer ontbreekt
pot 3: voedingsoplossing waarin alleen het element magnesium ontbreekt
pot 4: voedingsoplossing waarin alleen het element stikstof ontbreekt
pot 5: voedingsoplossing waarin alleen het element kalium ontbreekt
pot 6: water
In deze potten laat hij zes even grote maïsplantjes groeien. Na enige tijd heeft hij het resultaat verkregen zoals in de afbeelding te zien is. Hij herhaalt de proef een aantal malen met steeds hetzelfde resultaat.
Hij trekt hieruit de volgende drie conclusies.
Welke van deze conclusies is of welke zijn op grond van bovengenoemde resultaten juist?