Background image

terug

Vraag 10

afbeelding
Kiezelalgen groeien in het voorjaar massaal op slikplaten voor de Waddenkust. Ze plakken het bovenste laagje van die slikplaten vast met slijm en houden nieuwe bodemdeeltjes vast. Zo is de kale plaat beschermd tegen erosie. Dit effect is maar tijdelijk. Tegen de zomer maken kleine grazers zoals de slijkgarnaal (Corophium volutator, zie afbeelding) korte metten met de kiezelalgen.
Daarnaast veroorzaken de slijkgarnalen als gravers van holen vrijkomende sedimentdeeltjes die het water troebel maken. Dit verschijnsel heet bioturbatie. Bovendien verruwen de diertjes het oppervlak: wervelstroompjes nemen toe en de bodem slijt meer. De slijkgarnalen hebben aanzienlijke invloed op de bodem. In de Waddenzee vond men in de zomer meer dan 100.000 slijkgarnalen per m².

Welke term wordt gebruikt voor het gemiddeld aantal slijkgarnalen per vierkante meter in de bodem?