Luttikhuizen onderzocht of er genenuitwisseling is tussen de populatie
nonnetjes van de Waddenzee met die van de Noordzee. Er worden bij de
voortplanting grote aantallen eicellen en zaadcellen in het water geloosd.
Daar vindt de bevruchting plaats. Door de getijdenbeweging kunnen
geslachtscellen tussen beide zeeën worden uitgewisseld.
In onderstaande afbeelding staan de bevruchtingspercentages die Luttikhuizen vond
toen ze eicellen in een liter zeewater in contact bracht met verschillende
hoeveelheden zaadcellen.
afbeelding
Stel dat 1 mL zaadvocht van nonnetjes wordt toegevoegd aan een liter
zeewater waarin zich eicellen van nonnetjes bevinden.
Bereken hoeveel zaadcellen zich in die mL zaadvocht moeten bevinden zodat de helft van de eicellen in de liter zeewater bevrucht wordt.