Voor het grootbrengen van de jongen zijn de vrouwtjes voor een deel
afhankelijk van de mannetjes. Maar aantrekkelijke mannetjes zijn minder
ijverig in het grootbrengen van de jongen. De kracht waarmee een jong
om voedsel bedelt, is afhankelijk van de hoeveelheid testosteron in de
eieren. Deze kan variëren, maar bepaalt niet het geslacht van het kuiken.
Hoe meer testosteron hoe harder een jong bedelt. Hoe harder de jongen
bedelen, hoe groter de kans dat ook de vader voedsel gaat aanslepen.
Waardoor is het voor het nageslacht van een vrouwtje gunstiger als er meer testosteron aan het ei wordt meegegeven?