Het idee om hout te gebruiken om daar, zij het indirect, auto’s op te laten
rijden is niet nieuw. Tijdens de benzineschaarste gedurende de Tweede
Wereldoorlog reden veel auto’s met een zogenaamde houtgasgenerator
(zie de afbeelding).
De techniek staat bekend als ‘droge destillatie’. In de omvangrijke
generator, die achter de auto gekoppeld was, werd hout in een van de
lucht afgesloten ruimte verhit totdat er brandbare gassen vrijkwamen:
vooral waterstofgas (H2), koolstofmonoxide (CO) en methaan (CH4). Maar
er ontstond ook stikstofgas (N2). Op het H2, het CO en het CH4 kon men
de benzinemotor redelijk laten lopen.
Uit welke moleculen van hout is het N2 afkomstig?