De onderzoekers onderzochten ook de rol van cafeïne op de slaperigheid.
Cafeïne verstoort de werking van adenosine, waardoor mensen minder snel
slaperig worden. De werking van koffie wordt wel eens onderschat. Zelfs als een
persoon slechts één kopje koffie in de ochtend drinkt, is ’s avonds nog cafeïne in
het speeksel van de proefpersoon aan te tonen.
Naast speeksel zijn andere vloeistoffen in het lichaam: bloed, lymfe en
weefselvloeistof.
In welk van deze vloeistoffen zal enkele uren na het drinken van koffie ook cafeïne kunnen worden aangetroffen?