Rianne draait bij haar eerste beurt de beide kaarten met de rechthoeken om. Die twee
kaarten zijn dus voor haar. Ze blijft aan de beurt en draait een kaart om met een vierkant en
een met een cirkel. Zie de volgende figuur.
Rianne en Widolf weten welke plaatjes op de vier kaarten staan die nog niet zijn
omgedraaid. Maar ze weten niet op welke plaats welk plaatje ligt. Er zijn immers nog heel
wat mogelijkheden om deze plaatjes op vier plaatsen te rangschikken.
Bereken hoeveel verschillende mogelijkheden er zijn.