De processen die in de regels 20, 21 en 22 staan beschreven, zijn redoxreacties. Bij de afbraak van bijvoorbeeld de organische stof methanol treden de volgende halfreacties op:
SO42- + 8 H+ + 8 e- → S2- + 4 H2O (vergelijking 1)
CH3OH + H2O → CO2 + 6 H+ + 6 e- (vergelijking 2)
Welke van de twee vergelijkingen geeft de halfreactie van de oxidator weer?
Motiveer je antwoord.