Background image

terug

Vraag 30

  1. In het slib op de oceaanbodem bestaat een alternatieve wereld van micro-
  2. organismen. Sommige van deze micro-organismen zijn bacteriën die kunnen
  3. leven in slib of grondwater waarin geen zuurstof aanwezig of beschikbaar is.
  4. Deze bacteriën, geobacters genaamd, ‘ademen’ ijzer en halen hun energie uit
  5. koolstofverbindingen. De geobacters gaan bijvoorbeeld groeien wanneer ze een
  6. 0,0010 molair azijnzuuroplossing toegediend krijgen.
  7. „De geobacters gebruiken ijzer (dat in slib voorkomt) zoals wij zuurstof
  8. gebruiken”, zegt professor Lovley. „Zij leven van roest en azijn. Want azijnzuur
  9. is een bruikbare energiebron. Azijn is vergelijkbaar met het voedsel dat wij eten
  10. en ijzer is vergelijkbaar met zuurstof.”
  11. Onderzoek heeft aangetoond dat met geobacters elektriciteit geproduceerd kan
  12. worden. Lovley's medewerkers zetten experimenten op waarbij grafietelektroden
  13. en vervuild slib uit de haven van Boston gebruikt werden.
  14. In het slib, dat zij op de bodem van een aquariumbak hadden aangebracht,
  15. staken zij een grafietelektrode; de andere grafietelektrode werd in het water
  16. erboven gehouden. Zij slaagden erin een klein lampje te laten branden. Volgens
  17. Lovley zetten de geobacters zich af op het oppervlak van de grafietelektrode in
  18. het slib. Daar breken de bacteriën de organische verbindingen in het slib af tot
  19. azijnzuur. Vervolgens verzorgen de geobacters een elektronentransport van het
  20. azijnzuur naar de elektrode. De stroomkring wordt gesloten door een draad naar
  21. de tweede grafietelektrode in het water.
naar: Nature


Bereken hoeveel gram azijnzuur nodig is om 5,0 L van de azijnzuuroplossing (regel 6) te maken.