Alle aminozuren hebben een carboxylgroep (-COOH) met zure eigenschappen en een aminogroep (-NH2) met basische eigenschappen. Een aminozuurmolecuul kan dus zowel een H+ afstaan (en een negatieve lading krijgen) als een H+ opnemen (en een positieve lading krijgen). In een leerboek worden de vormen van een aminozuur en zijn ionen als volgt weergegeven:
tekening 1 | tekening 2 | tekening 3 |