Background image

terug

Vraag 20

(fragment 1)
Opvallend is dat Franke zich vooral ergert aan het feit dat de 'hogere klasse' de populaire cultuur evenzeer consumeert als de mensen van wie hij het kennelijk wel had verwacht. De populaire kunst is dus vooral slecht voor hoger opgeleide mensen. De lager opgeleide klasse zou volgens hem door de hogere moeten worden opgevoed. Cultuur kan voor hem kennelijk alleen van boven komen.

(fragment 2)
Franke gaat uit van het traditionele onderscheid tussen hoge en lage cultuur. Dit onderscheid is vooral gebaseerd op sociale overwegingen. De door hem beschreven 'hoge cultuur' ontleent haar status vooral aan de sociologische achtergrond waarin zij is ontstaan. Het is de machisfactor die deze cultuur haar status heeft verleend, met een bovennatuurlijke mate aan inzicht in 'schoonheid' of 'waarheid'.

(fragment 3)
Elitekunst moet volgens Franke verder reiken dan louter amusement en kan pas na enige inspanning rendement opleveren. Maar dat lijkt me toch geen goed criterium. Als het namelijk waar is wat Franke zegt, zou hij zichzelf maar eens beter in de popmuziek moeten verdiepen.

(fragment 4)
De suggestie dat een serieuze dreiging uitgaat van de populaire cultuur is misplaatst. Het Eurovisie Songfestival, een van de becommentarieerde verschijnselen, vormt op geen enkele manier een bedreiging voor de kunsten. Het is wél een fenomeen dat ten tijde van verdergaande Europese integratie een bijzondere betekenis heeft. Ook de popmuziekzender MTV is als spiegel van een levende jeugdcultuur cultureel interessant.

Arnoud Visser heeft een aantal bezwaren tegen de wijze van redeneren van Franke (zie bovenstaande fragmenten).

Hoe kunnen de verwijten van Visser in bovenaangehaalde citaten het beste worden samengevat?

terug

Bijlage(n)