Volgens professor Veenman worden de kansen van de allochtone groepen ook bepaald door de autochtone 'poortwachters' zoals 'de school, het arbeidsbureau en de personeelsfunctionaris' (regel 90-94).
Leg uit hoe deze autochtone poortwachters de maatschappelijke kansen van allochtonen mede kunnen bepalen.
Maak daarbij gebruik van het begrip dominante cultuur.