Background image

terug

Vraag 1

De volgende historische beschrijvingen hebben te maken met verdedigingswerken en staan in willekeurige volgorde:

  1. Bij het begin van de Nederlandse Opstand die leidde tot de stichting van de Republiek, gaf Willem van Oranje opdracht een aarden versterking aan te leggen bij de rede van Texel, de Schans.
  2. Bisschop Godewald verleende, in ruil voor trouw, stadsrechten aan de stad Utrecht. De stad kreeg hiervoor enkele privileges, zoals het recht om markten te houden en het recht een stadsmuur te bouwen.
  3. Fort Zeelandia bij Paramaribo werd door de Zeeuwse slavenhandelaars ingericht als steunpunt voor hun schepen in de transatlantische slavenhandel.
  4. Keizer Hadrianus liet in de Romeinse provincie Brittania een muur bouwen die onderdeel werd van de limes (versterkte grens) van het Romeinse Rijk.
  5. De volksvergadering van de Griekse stadstaat Athene besloot tot het bouwen van de Lange Muren, een systeem van vestingmuren dat Athene met de haven van Piraeus verbond, om zichzelf tegen aartsvijand Sparta te beschermen.
  6. Toen de islamitische Moren het huidige Spanje en Portugal veroverden, bouwden zij een groot fort vlakbij Lissabon om het omliggende gebied te beschermen.

Zet deze zes beschrijvingen in de juiste chronologische volgorde, van vroeger naar later. Noteer alleen de nummers.