Het door Morpheus ingenomen standpunt met betrekking tot de echtheid van zintuiglijke
waarnemingen dwingt ons ook na te denken over de vraag hoe de waarneming bij mensen
precies werkt en of computers tot soortgelijke prestaties in staat zijn. Ten dele lijkt dit
laatste bevestigd te kunnen worden nu er al computers bestaan die bijvoorbeeld gezichten
en stemmen kunnen herkennen. De filosoof Maarten Coolen beschrijft hoe ‘waarneming’ in
een computer werkt (zie bijlage).
Maarten Coolen zal later in zijn boek betogen dat de menselijke zintuiglijke waarneming
wezenlijk verschilt van patroonherkenning door een computer. Hij hanteert daarbij
argumenten die verwant zijn aan die van Searle met betrekking tot het denken van
computers in het gedachte-experiment van de Chinese Kamer.
Beschrijf wat de overeenkomst is tussen Searles gedachte-experiment van de Chinese
Kamer en bovenstaande beschrijving van Coolen van de werking van een industriële robot.
Geef vervolgens aan met welke redenering Searle duidelijk probeert te maken dat
computers niet kunnen ‘begrijpen’ zoals mensen dat wel kunnen.