Background image

terug

Vraag 8

Op het Artificial Intelligence Laboratory van het Massachussetts Institute of Technology (MIT) in de Verenigde Staten houden wetenschappers zich intensief bezig met de ontwikkeling van kunstmatig intelligente machines, beter gezegd: robots. Men bestudeert bijvoorbeeld de manier van voortbewegen van insecten en vraagt zich vervolgens af hoe dit aan robots geleerd kan worden. Bij insecten gaat het immers om eenvoudig gedrag. Ze bezitten hooguit een paar honderdduizend zenuwcellen, maar toch kunnen ze zich snel en doelmatig voortbewegen op zoek naar voedsel of partners. Daarbij bewegen ze zich niet vanuit een vooropgezet plan, maar gaan ze spontaan op weg en reageren ter plekke op mogelijke hindernissen waar ze mee in aanraking komen.
De wetenschappers gaan uit van eenvoudige programma's om daar naderhand complexere programma's aan toe te voegen. Het complexere programma staat in hiërarchie wel hoger dan het eenvoudiger programma. In totaal worden drie besturingslagen aangebracht.
In de eerste laag zijn de robots in staat om hindernissen te vermijden en zich te verwijderen van objecten die door hun eigen sensoren worden waargenomen. In de tweede laag worden de robots in staat gesteld om zich willekeurig en zonder doel voort te bewegen. In de derde en hoogste laag reageert het systeem op prikkels van buiten, zoals licht of lucht. Op deze manier is de mobiele robot Genghis ontstaan.
Genghis bezit geen centraal brein. In de robot zijn in totaal 51 programma's ingebracht die niet ingewikkelder zijn dan bijvoorbeeld het programma van een koffieautomaat. Zo'n afzonderlijk programma heeft slechts een beperkte taak in het geheel en is in staat om te leren van zijn ervaringen. Om die ervaringen te voeden, beschikt Genghis op zijn kop over zes infraroodsensoren en twee voelsprieten als 'zintuigen', alsmede over een weerstandsmeter op iedere motor en een hellingmeter.
Revolutionair bij deze robot is dat hij zich eerst met zijn poten verplaatst en de 'zintuigen' daarna pas aangeven of het de goede kant op gaat. Bij traditionele robots is het omgekeerd: eerst wordt een model van de omgeving gemaakt en vervolgens een strategie ontwikkeld om tot verplaatsing te komen. Genghis is in staat om zich zonder enig aangegeven doel te verplaatsen tot het moment dat de sensoren een object opmerken en de robot zich omvormt in een roofdier op jacht. Toch is er bij Genghis geen beeld van een prooi geprogrammeerd of van een bepaalde omgeving waarbinnen hij zich moet verplaatsen.

Beargumenteer of je aan Genghis 'bewustzijn' kunt toekennen.
Geef daarbij aan wat je onder 'bewustzijn' verstaat.