Crutzen gaat in het interview ook in op de louterende werking van emoties
bij het publiek. Al bij Aristoteles kunnen we lezen waarom mensen
behoefte hebben aan levensecht gespeeld drama. Volgens hem zijn we bij
het kijken naar toneel namelijk op zoek naar het verwerken van emoties.
Aristoteles noemt dit ‘katharsis’: een emotionele loutering of zuivering. Hij
veronderstelt dat het publiek bij toneel een emotionele zuivering
ondergaat door de confrontatie met sterke emoties als verdriet, vreugde,
woede en angst. Door de emoties tijdens de voorstelling te uiten kun je in
het dagelijks leven beter met tegenslagen omgaan en zal je niet langer
met overdreven woede of angst reageren.
Martha Nussbaum is in haar filosofie beïnvloed door Aristoteles. Volgens
haar kunnen emoties waar en onwaar, redelijk en onredelijk zijn.
Wat verstaat Nussbaum onder de waarheid en de redelijkheid van
emoties?
Leg in je antwoord uit in welk opzicht de redelijkheid van emoties
overeenkomt met de opvatting over ‘katharsis’ van Aristoteles.