Background image

terug

Vraag 10

Het opvallende aan de Occupybeweging is dat aanhangers van tegengestelde politieke kleuren zich bij de beweging aansluiten. Allemaal streven ze naar een ideale staat. Wat de Occupiërs bindt, is hun verontwaardiging over de graaicultuur van banken in de westerse democratieën die oncontroleerbare overheidsschulden veroorzaakt. Daardoor ontstaat volgens de Occupiërs een oneerlijke verdeling van macht en geld. Aristoteles’ leermeester Plato streefde ook naar een ideale staat. In zijn beschrijving van een stabiele samenleving formuleert hij kritiek op de retorica, die verband houdt met zijn opvatting over de ziel.

In welk opzicht is Plato’s kritiek op de retorica wél en in welk opzicht is deze kritiek niet van toepassing op de Occupiërs?
Leg je antwoord uit en beargumenteer of Plato de Occupiërs wel of niet zou veroordelen aan de hand van zijn opvatting over de ziel.