Balkenende noemde Sven Kramer in zijn toespraak ‘de allergrootste’
omdat hij een waardig verliezer bleek. Vooral het feit dat hij de fout van
zijn coach kon vergeven, gooide hoge ogen. Sven Kramer heeft altijd
openlijk laten weten dat de schuld van de misser bij zijn coach lag, maar
dat de verstandhouding tussen hen goed is gebleven. Hij heeft zich nooit
iets aangetrokken van de mening van anderen over het incident.
Ook meer in het algemeen wordt Sven Kramer met veel superlatieven
omschreven en wordt hij geroemd om zijn professionaliteit. Hij weet
precies wat hij wil bereiken en werkt daar met succes naartoe; tussen
2007 en 2010 won hij nagenoeg alle wedstrijden die hij schaatste. Hij
heeft een winnaarsmentaliteit en neemt geen genoegen met een tweede
of derde plaats, maar gaat er altijd voor om de beste te zijn.
Alhoewel hij regelmatig als allrounder wereldkampioen is geworden,
concentreert hij zich vooral op de afstanden waarin hij jaren achtereen
gewonnen heeft en die het hoogst gewaardeerd worden: de 5 en de 10
kilometer. Hij trekt zich weinig aan van de kracht van zijn eventuele
tegenstanders en blaakt van het zelfvertrouwen.
Aristoteles beschrijft in zijn boek Ethica dat de emotie ‘fierheid’ een
bekroning vormt van een voortreffelijk en volwaardig leven. Aan de hand
van een tiental typeringen beschrijft Aristoteles de houding die
karakteristiek is voor een ‘fier’ mens.
Leg uit welke drie toepasselijke typeringen van de houding van fierheid van Aristoteles je herkent in bovenstaande beschrijving van Sven Kramer.