Background image

terug

Vraag 13

Volgens Damasio is het denken van Descartes dualistisch en daarmee oorzaak van veel misverstanden ten aanzien van de relatie tussen het lichaam, de hersenen en de geest. Ten aanzien van het dualisme bij Descartes schrijft Damasio:

tekst 1

Dit is de vergissing van Descartes: de onoverbrugbare scheiding tussen lichaam en geest, tussen de uitgebreide, dimensionele, mechanisch functionerende, oneindig deelbare substantie van het lichaam aan de ene kant, en de niet-uitgebreide, nietdimensionele, niet-mechanische, ondeelbare substantie van de geest aan de andere kant; de suggestie dat het vermogen om te redeneren, het morele oordeel en het lijden dat het gevolg is van fysieke pijn of emotionele ontreddering, onafhankelijk van het lichaam kunnen bestaan. Om precies te zijn: de scheiding tussen de meest geraffineerde functies van de geest enerzijds en de structuur en functie van een biologisch organisme anderzijds.

bron: A.R. Damasio, De vergissing van Descartes, Gevoel, verstand en het menselijk brein, Amsterdam, 1995

Toch heeft Descartes zich in zijn werk uitgebreid beziggehouden met emoties, vooral in zijn boek ‘De passies van de ziel’. In dit boek schrijft hij het volgende over de emotie begeerte:

tekst 2

Tenslotte valt mij bij de begeerte vooral op dat, meer dan bij enige andere passie, de beweging van het hart zeer heftig is, zodat ook de hersenen van meer geesten worden voorzien, welke, doordat ze vanuit de hersenen doorstromen naar de spieren, alle zintuigen scherper en alle lichaamsdelen beweeglijker maken.

bron: R. Descartes, De passies van de ziel, Groningen, 2008


Stel dat de ‘geesten’ waarover Descartes schrijft in de tweede tekst, zouden kunnen worden opgevat als ‘zuurstof’, in dat geval zou de begeerte er voor zorgen dat de hersenen van meer zuurstof worden voorzien en daarna ook de spieren. Dit lijkt een fysiologische benadering van emoties te zijn.

Beargumenteer dat Descartes vanwege zijn emotietheorie tóch een dualist genoemd moet worden.
Betrek in je argumentatie zowel een argument uit de tekst van Damasio als een argument uit de tekst van Descartes.