Background image

terug

Vraag 1

Tussen augustus 1844 en januari 1846 verschenen er in de Franse krant ‘Journal des débats’ 150 afleveringen van de feuilletonroman ‘De graaf van Monte-Cristo’, geschreven door Alexandre Dumas.
Het grote publiek raakte steeds meer in de ban van het verhaal dat volgens de Duitse filosoof Peter Sloterdijk de grootste ‘wraakfabel’ uit de wereldliteratuur genoemd kan worden. ‘De graaf van Monte-Cristo’ vertelt het verhaal van een jonge zeeman uit Marseille, Edmond Dantès. De zeeman komt op grond van valse beschuldigingen van jaloerse mensen terecht in de gevangenis. Die gevangenis is een door de zee omspoeld kerkerhol van het Cháteau d’If, waarin hij 14 jaar moet verblijven. Na zijn ontsnapping neemt hij wraak en vereffent hij alle openstaande rekeningen. De veroorzakers van zijn leed worden de een na de ander met koele berekening uitgeschakeld. Het handelen van Edmond Dantès wordt aangestuurd vanuit de emoties haat en woede. Deze emoties zetten hem aan tot wraakneming op zijn vijanden.
Haat en woede zijn emoties of hartstochten die ook door Spinoza worden erkend. Spinoza maakt in zijn filosofie een onderscheid tussen primaire of oorspronkelijke hartstochten en secundaire of afgeleide hartstochten.

Van welke primaire hartstocht kan haat volgens Spinoza worden afgeleid? Leg in je antwoord uit wat haat volgens Spinoza is en hoe je deze haat in de inleiding kunt herkennen.