Background image

terug

Vraag 2

Enkele personen:

  1. een bejaarde fabrikant
  2. een boer met een klein bedrijf
  3. een directeur van een bank
  4. een eigenaar van een textielfabriek
  5. een langdurig zieke loodgieter
  6. een werkloze timmerman
Rond 1890 kon niet iedere Nederlander voor zichzelf zorgen. Sommige mensen hadden hulp nodig om eten, kleding en de huur voor hun woning te kunnen betalen.
→ Welke twee personen uit het rijtje hadden deze hulp nodig?