Examentrainers
terug
Vraag 13
uit een geschiedenisboek (1998)
In 1950 volgde 19% van de jongeren tussen 12 en 18 jaar voortgezet onderwijs.
In 1991 volgde 52% van de jongeren tussen 12 en 18 jaar voortgezet onderwijs.
Welke verklaring voor deze ontwikkeling is juist?