Peter heeft in de test zijn favoriete Coca Cola als nummer 1 gekozen.
“Ik vind Coca Cola het lekkerst, dus vervul ik mijn behoeften het best als ik Coca
Cola koop.”
De leraar van Peter is het niet met hem eens: “Coca Cola is duurder dan andere
merken. Je kunt beter een ander merk kopen.”
Hieronder staan twee uitspraken.
→ Geef bij elke uitspraak aan of deze juist of onjuist is.
juist | onjuist | |
Peter heeft meer geld over voor Coca Cola dan voor andere merken. | ||
Peters leraar bedoelt dat je meer behoeften kunt vervullen door een goedkoper merk cola te kopen. |