In bovenstaande schets zie je een deel van de kraanarm. Tussen twee
horizontale liggers zijn stalen staven bevestigd: AB, BC, CD, DE, enzovoort.
AB en AC zijn even lang en de hoek tussen AB en AC is 40°.
AB en CD zijn even lang en BC en DE zijn ook even lang.
AB en CD zijn evenwijdig en BC en DE zijn ook evenwijdig.
Dit patroon zet zich zo voort.
→ Teken op de uitwerkbijlage vanuit punt E de volgende twee staven EF en FG aan de rechterkant erbij.