‘Wij zeggen: ja, maar. Ja, het gaat economisch goed
met Nederland en daar zijn wij natuurlijk ook blij mee.
Al staan er nog veel te veel mensen langs de kant.
Maar er is meer. Normen en waarden, het gezin en de
familie, de kleine ondernemer die onder druk staat door
de 24-uurs-economie, de menselijke maat tegenover
de schaalvergroting. Ik denk dat wij de Nederlandse
kiezer wel degelijk wat te bieden hebben’.
bron: Zwolse Courant van 13 september 1997
Welke politieke stroming vertegenwoordigt de spreker in tde bvoenstaande tekst?