In de periode 1150-1350 nam de kennis in Europa over de buiten-Europese wereld enorm
toe. Hieronder staan drie verklaringen waarom dit toch niet tot nieuwe opvattingen leidde.
a De kerk speelde een beslissende rol in het wel of niet accepteren van nieuwe ideeën.
b Er was weinig behoefte om de ’oude’ aanvaarde kennis aan de nieuwe gegevens te
toetsen.
cReisverhalen voegden niets toe aan het beeld van de buiten-Europese wereld.
Welke van de bovenstaande uitspraken zijn juist? ...