Background image

terug

Vraag 13

Hieronder staan vijf uitspraken over Domela Nieuwenhuis. Sommige uitspraken zijn feiten, andere zijn meningen.
a Hij had weinig medestanders in de Tweede Kamer, waardoor er weinig wetten tot stand zijn gekomen volgens zijn ideeën.
b Hij kwam met zijn blad ?Recht voor allen? op voor de arbeiders.
c Hij was een onruststoker, omdat hij de arbeiders opriep iets te doen aan hun ellendige situatie.
d Hij was een politicus met eigen ideeën over hoe de maatschappij er uit zou moeten zien.
e Hij was een slechte vaderlander, omdat hij de koning had beledigd.

Welke uitspraken zijn feiten en welke uitspraken zijn meningen?