Hieronder staan vier begrippen:
1 cultures
2 de Nederlandse Handel-Maatschappij
3 het gouvernement
4 plantloon
Invulopdracht over het cultuurstelsel:
De Javaanse boeren werden omstreeks 1830 verplicht een deel van hun landbouwgrond te
bebouwen met door het gouvernement vastgestelde ..(a).. De producten mochten
uitsluitend aan ..(b).. worden geleverd in ruil voor ..(c)... Na vervoer en verkoop van de
producten door ..(d).. werd de opbrengst gestort in de Nederlandse schatkist.
Zet de nummers van de begrippen op de juiste plaats in de invulopdracht.
Let op! Je mag ieder begrip maar één keer gebruiken.