Background image

terug

Vraag 4

Hieronder staan twee uitspraken over de Nederlandse samenleving rond 1900:

  1. De overheid moet zorgen voor goede sociale wetten, algemeen onderwijs voor iedereen en betaalbare huurwoningen.
  2. Het onderwijs aan 'kleine luyden' is vrij, maar de christelijke scholen zijn arm. Dat komt, doordat de overheid de christelijke scholen ten onrechte niet financiert.
Vier leerlingen combineren deze twee uitspraken met politieke en maatschappelijke stromingen:
Alphons Bert Claudia Delphine
Uitspraak 1 past bij katholieken; uitspraak 2 past bij protestanten. Uitspraak 1 past bij katholieken; uitspraak 2 past bij liberalen. Uitspraak 1 past bij socialisten; uitspraak 2 past bij protestanten. Uitspraak 1 past bij socialisten; uitspraak 2 past bij liberalen.

Welke leerling heeft gelijk?