Gebruik de informatiebron in de bijlage voor het beantwoorden van de volgende twee vragen.
Samen met zijn tante telt Jeroen de zegels die zij de laatste twee maanden bij
elkaar gekocht heeft. Het zijn er 738.
“Jeetje tante Heleen, heeft u de laatste tijd soms extra veel boodschappen
gedaan?”
“Nee hoor Jeroen, het was gemiddeld net zoveel als anders.”
“Maar tante Heleen, hoeveel boodschappen doet u dan eigenlijk per week?”
→ Hoeveel euro geeft tante Heleen per week gemiddeld uit aan boodschappen
bij de MIN-Markt? Schrijf je berekening op.