Een vrouw kon niet op "normale" wijze zwanger worden. Daarom was ze onder behandeling
van een arts. De arts kon via een kleine operatie twee rijpe eicellen uit het lichaam van de
vrouw halen. Buiten het lichaam werden deze eicellen bevrucht in een petrischaal. De arts bracht daarna de, uit de twee bevruchte eicellen voortgekomen, cellen
in de baarmoeder. Er werden twee gezonde baby's geboren, een jongen en een meisje.
Hoeveel zaadcellen zijn er in totaal versmolten met de twee verkregen eicellen bij de bevruchting?