Background image

terug

DomTom

DomTom

 (1) Stel je voor: je wacht met je fiets op    vinden, antwoordde ruim een derde,
 een kruispunt voor het stoplicht. Daar dat het regelmatig gebeurde. Veertien
 slaat de twijfel toe. Hier ben je toch procent overkwam het ‘wel eens’.
 ook op de heenweg langsgekomen?80 Slechts de helft van alle mensen zei
5 Maar moet je hier al naar rechts om zijn of haar auto altijd direct terug te
 thuis te komen? Of eerst nog een kunnen vinden. Het is dus geen won-
 stukje rechtdoor en dan de volgende der dat de elektronische hulpmiddelen
 rechtsaf? Klinkt je dat bekend in de om je de weg te wijzen enorm in
 oren? Dan ben je niet de enige. Want85 opkomst zijn.
10 de weg kwijtraken, en als het goed is (5) Ook fiets- en wandeltochten leggen
 weer terugvinden, hoort er nu eenmaal we niet meer af met papieren route-
 bij. Maar niet iedereen vindt de juiste kaarten in de hand, maar met een gps-
 route op dezelfde manier. apparaat. Dat is handig, want verdwa-
 (2) “Hoe je de weg vindt, en ook hoe90 len is er nu veel minder bij. Maar wat
15 snel, is heel persoonlijk”, vertelt Albert voor invloed hebben al deze navigatie-
 Postma. Hij is hoogleraar in de systemen volgens het onderzoek
 psychologische functieleer aan de eigenlijk op ons oriënterend vermo-
 Universiteit Utrecht en hij doet onder- gen? Wordt ons brein daar niet lui
 zoek naar ruimtelijke oriëntatie en het95 van?
20 geheugen. Als we de weg zoeken, (6) Om deze vragen te beantwoorden,
 gebruiken we ons ruimtelijk inzicht. is onderzoek verricht naar het brein
 Met dit vermogen kunnen we bijvoor- van taxichauffeurs door neurologen
 beeld een denkbeeldige plattegrond van het University College London. Het
 voor ons zien, gebaseerd op in ons100 ging hun om Londense taxichauffeurs.
25 geheugen opgeslagen herkenningspunten. Zij maken namelijk geen gebruik van
 Maar we doen veel meer met navigatiesystemen in hun taxi. Deze
 dat vermogen. We gebruiken het zo chauffeurs moeten een zeer strenge
 ongeveer elk moment van de dag. Om test afleggen, voordat ze hun diploma
 de afstand tussen twee objecten te105 krijgen. Daarna mogen ze pas passa-
30 schatten, bijvoorbeeld als we tussen giers vervoeren. Het duurt ongeveer
 andere mensen door lopen zonder drie jaar voordat ze de ruim 25.000
 tegen ze op te botsen. Ook als we de straten en belangrijke locaties zoals
 onderlinge verhouding van objecten ziekenhuizen, rechtbanken en theaters
 moeten inschatten, bijvoorbeeld of een110 uit hun hoofd kennen. De onderzoe-
35 kast tussen twee muren zal passen. kers maakten hersenscans van de
 “Het ruimtelijk vermogen bestaat uit hersenen van de chauffeurs. Ze zagen
 verschillende aspecten, die allemaal iets opmerkelijks. Vergeleken met een
 met elkaar samenhangen”, legt controlegroep, in samenstelling
 Postma uit. “Als je in het ene goed115 vergelijkbaar met de chauffeursgroep,
40 bent, is de kans groot dat je in het was de hippocampus bij de taxi-
 andere ook wel goed bent. Natuurlijk, chauffeurs veel groter. De hippo-
 er zijn uitzonderingen”, zegt hij. “Maar campus is een kwabje in het brein
 vaak geldt dat wie goed kan inschatten waarin een belangrijk deel van ons
 hoeveel spullen in een koffer passen,120 geheugen te vinden is. Door veelvuldig
45 ook beter dan gemiddeld is in het gebruik was deze kwab ontwikkeld tot
 vinden van de weg.” een groot navigatiecentrum. Want hoe
 (3) Of je nu een ruimtelijk wonder bent meer ervaring een taxichauffeur had,
 of juist een hopeloos geval, je komt hoe groter zijn hippocampus bleek te
 niet ter wereld met ruimtelijk vermo-125 zijn. Het hersengebied moest dus zijn
50 gen. Dat ontwikkel je voor het grootste gegroeid door het werk. Werkt het dan
 deel in je kindertijd. Als een baby in de misschien ook andersom? Kan ons
 wieg ligt, leert hij al wat de begrippen ruimtelijk vermogen krimpen als we het
 ‘dichtbij’ en ‘ver’ betekenen. Beetje bij niet meer gebruiken?
 beetje komen daar meer begrippen bij.130 (7) Volgens Postma zou er krimp kun-
55 Op een leeftijd van ongeveer zes jaar nen optreden. Maar zeker weten doet
 snappen de meeste kinderen termen hij het niet, want veel onderzoek naar
 als ‘links’ en ‘rechts’. Tijden, snel- het effect van een elektronisch naviga-
 heden en afstanden inschatten leren tiesysteem op de hersenen is er niet
 kinderen tussen hun zesde en elfde135 gedaan. De voorzitter van de Britse
60 levensjaar. Wel zijn er daarbij verschil- Vereniging van de Cartografie, Mary
 len tussen jongens en meisjes. “Man- Spence, vindt in elk geval wel dat we
 nen zijn over het algemeen wat beter ons zorgen moeten maken. Door het
 in ruimtelijke taken dan vrouwen”, massale gebruik van internet en navi-
 vertelt Postma.140 gatiesystemen zullen onze capaci-
65 (4) Toch schort soms wel wat aan ons teiten om routekaarten te lezen uit-
 ruimtelijk vermogen. Postma en zijn sterven, waarschuwde zij. Mensen
 collega’s onderzochten hoe goed stappen in de auto en het enige wat
 mensen waren in het terugvinden van hun interesseert, is van A naar B
 hun auto. Ze observeerden bezoekers145 komen. Hoe dat gebeurt, maakt hun
70 van een groot winkelcentrum die hun niet uit. Volwassenen worden op die
 auto op een drukke, onoverzichtelijke manier bang voor routekaarten en de
 parkeerplaats hadden neergezet. Wat kinderen leren niet meer hoe ze die
 bleek? Veertien procent nam een grote moeten lezen. Terwijl dat wel heel
 omweg om bij zijn of haar vierwieler te150 belangrijk is, want als je navigatie-
75 komen. Toen aan hen werd gevraagd systeem uitvalt, moet je je toch ook
 hoe vaak ze de auto niet terug konden kunnen redden”, vindt Spence.

Naar een artikel van Carin Röst,
Quest, maart 2009