| | Engelse onderzoekers hebben eindelijk ontdekt waarom roestvrij staal soms toch roest. |
| | |
1 | | Een type roestvrij staal bevat behalve ijzer ook 18% chroom, 8% nikkel en |
2 | | 2% mangaan. Chroom is hierin belangrijk, omdat het met zuurstof een |
3 | | beschermend oxidelaagje vormt. Roestvrij staal is lang niet zo roestbestendig |
4 | | als de naam doet vermoeden. In het glimmende metaaloppervlak ontstaan |
5 | | soms piepkleine putjes, die kunnen uitgroeien tot grote scheuren of zelfs |
6 | | breuken. |
7 | | Hoe die putjes ontstaan was tot nu toe een groot raadsel, maar onderzoekers |
8 | | denken de verklaring gevonden te hebben. |
9 | | Het begin van zo’n putje ontstaat tijdens het stollen van gesmolten staal. In |
10 | | het vloeibare metaalmengsel zitten hele kleine zwaveldeeltjes, afkomstig |
11 | | uit ijzererts. Het smeltpunt van zwavel is lager dan het smeltpunt van de |
12 | | rest van het staal. Daardoor blijven de plekken met veel zwavel het langst |
13 | | vloeibaar. In deze fase reageert dit zwavel met chroom tot chroomsulfide |
14 | | (Cr2S3). Rond de zwaveldeeltjes ontstaan dus chroomloze plekken. Op die |
15 | | plaatsen kan het ijzer gaan roesten. |
| | |
| | naar: Intermediair |