Background image

terug

oxaalzuur

11 Joost, de zoon van Hans, wil weten hoeveel oxaalzuur is opgelost in 500 mL
12 ontweringswater.
13 Hij voert de volgende titratie uit:
14 Hij neemt 5,0 mL ontweringswater en druppelt natronloog toe. Er is 23,3 mL
15 natronloog nodig om met al het oxaalzuur te reageren.
16 Uit een andere proef weet Joost dat 1,0 mL van de gebruikte natronloog precies
17 reageert met 5,8 mg oxaalzuur.