Background image

terug

Dakloos in een rechtsstaat

Dakloos in een rechtsstaat: een onuitstaanbaar probleem

Het is eigenlijk onuitstaanbaar, maar in alle grote steden leven daklozen. Dat zou toch niet hoeven in onze tijd van welvaart? Onze regering erkent al sinds begin vorige eeuw het recht van iedereen op onderdak. Toch is er altijd een groep mensen die buiten de boot valt. Kan dat nou echt niet anders? Geldt de verzorgingsstaat niet voor hen?
Daklozen, bedelaars en zwervers zijn er altijd geweest. Zeker enkele eeuwen terug hoorden ze bij het normale straatbeeld. Een oorlog, een mislukte oogst of een epidemie kon mensen al snel dakloos maken.

Nu we in een verzorgingsstaat leven, zou armoede niet meer hoeven voor te komen. Maar dat klopt niet. In 1998 werd de armoede in ons land nog eens onderzocht. Uit dit onderzoek kwam vast te staan dat in 22.000 huishoudens soms niet genoeg eten is. Daar wordt dus af en toe honger geleden. Bovendien leven arme mensen gemiddeld drieënhalf jaar korter dan gezonde mensen. De meeste armoede in ons land is onzichtbaar. We noemen dat stille armoe. Het gaat om mensen die in huis geen lampen aandoen of de verwarming uitzetten om te bezuinigen op de energierekening. Die geen verjaardagsfeestjes geven, omdat ze dat niet kunnen betalen. Die niet op vakantie gaan. Jaar in jaar uit. Soms neemt armoede meer zichtbare vormen aan. Dan hebben we het over zwervers, dak-en thuislozen. En daar maken de bestuurders van ons land zich zorgen over.

Hopeloos

Mensen reageren meestal op twee manieren op daklozen: of ze worden kwaad of ze hebben medelijden. Kwaad, omdat het toch niet nodig lijkt om in onze maatschappij met zijn beroemde systeem van ‘sociale zekerheid’ een zwervend bestaan te leiden. Meelevend, omdat iedereen ziet dat daklozen een triest bestaan leiden. Het is duidelijk dat de meesten er niet voor gekozen hebben. Als je het levensverhaal van daklozen hoort, wordt het meteen duidelijk: meestal is het een samenloop van omstandigheden waardoor iemand dakloos wordt. Een scheiding, huurachterstand gevolgd door huisuitzetting, psychische problemen en geen familie die voor opvang zorgt, schulden als gevolg van verslaving aan drank, gokautomaten of drugs. Ook ontslag of ziekte kan iemand ver laten terugvallen. Een dakloze komt in een vrij hopeloze positie terecht. Dat kun je lezen in het bijgaande gedicht van een dakloze, dat in de daklozenkrant van Amsterdam heeft gestaan.