Door het omdraaien van de erlenmeyer wordt de cola in contact gebracht met de suiker,
waarna de koolstofdioxide vrijkomt.
Jeanette voert de proef een aantal malen uit met dezelfde hoeveelheid cola en steeds een
andere hoeveelheid suiker. De meetresultaten zet zij uit in een diagram. Uit haar diagram
trekt Jeanette de volgende conclusie:
„De hoeveelheid koolstofdioxide die wordt gevormd, is niet afhankelijk van de
hoeveelheid suiker die is toegevoegd.”
Uit welk van onderstaande diagrammen kan deze conclusie getrokken worden?