Background image

terug

Vraag 13

Sanne staat bij een beek. Ze ziet op de bodem van de beek een mooie kei liggen.
Ze gaat het water in en tilt de kei uit de beek.
In de figuur hieronder zie je de kei in vier verschillende posities getekend.

In welke positie(s) heeft Sanne de kleinste kracht nodig om de kei te dragen?