Tot 1970 was er in Nederland sprake van opkomstplicht bij verkiezingen. De kiezer had de plicht om naar het stembureau te gaan. Er zijn voorstanders en tegenstanders van de opkomstplicht.
→ Ben jij vóór of tegen een opkomstplicht? Licht je mening toe met een inhoudelijk argument, dus niet met een emotioneel argument.
Doe het zo:
Ik ben vóór/tegen een opkomstplicht (maak een keuze), omdat … (geef een inhoudelijk argument).